Waardengedreven of strategisch: het decimeren van OS is onverstandig
Geplaatst op 13-03-2025 in Actueel.

Vandaag verdedigt minister Klever de kabinetsplannen om ontwikkelingssamenwerking te decimeren. Dit is uiterst onverstandig, schrijven Charlotte Ariese en Trineke Palm in deze opiniebijdrage. Het zeer bescheiden budget van ontwikkelingssamenwerking mag niet gebruikt worden als kruik van Zarefat om eigen vaten te vullen. Zowel diplomatiek, strategisch als moreel gezien zijn over overtuigende argumenten aan te voeren.
Door Charlotte Ariese en Trineke Palm
Defensie krijgt er, na jarenlange bezuinigingen, weer flink wat geld bij. Het kabinet trekt 2,4 miljard extra uit voor de militaire slagkracht van ons land. En er is wettelijk vastgelegd dat zelfs bij economische tegenspoed de uitgaven niet onder de NAVO-norm van 2% voor defensie-uitgaven mogen komen.
Door de invasie van Rusland in Oekraïne is de wissel omgegaan. Onder het motto ‘sterk, slim en samen’ wordt de koers voor versterking niet alleen gezocht in innovatie, digitale transformatie en industrie, maar ook in het versterken van samenwerking met (inter)nationale partners en de samenleving. Dat is niet gek, want veiligheid hangt nauw samen met de verbondenheid tussen landen en de verbondenheid tussen mensen in de samenlevingen zelf.
Een robuust defensiebeleid kan dus ook niet zonder stabiele investeringen in diplomatie en ontwikkelingssamenwerking. Tijdens een deskundigenbijeenkomst die recent plaatsvond in de Eerste Kamer werd benadrukt: ‘defensie en ontwikkelingssamenwerking zijn twee kanten van dezelfde medaille’. Op het gebied van ontwikkelingssamenwerking laat het kabinet het echter helemaal afweten.
Forse bezuiniging bovenop
Dit jaar wordt er 300 miljoen euro bezuinigd op ontwikkelingssamenwerking en vanaf 2027 structureel 2,4 miljard per jaar. Hier komt echter nog een forse bezuiniging bovenop. In de begroting voor 2025 wordt namelijk gebroken met het principe waarbij het ontwikkelingsbudget automatisch meegroeit met de totale omvang van de economie.
Dit is onbegrijpelijk in een, door het WRR-genoemde, “fragmenterende wereldorde.” Zoals dit WRR-rapport overtuigend laat zien, en we zelf ook op basis van de dagelijkse nieuwsberichten kunnen concluderen, is de tijd dat Nederland kon meedeinen op voor ons land gunstige internationale verhoudingen voorbij. Om overeind te blijven in een turbulenter, grimmiger wereld zijn kostbare inspanningen en een ingrijpende heroriëntatie op de positie van Nederland in de wereld nodig. In dat licht zijn de enorme bezuinigingen op ontwikkelingssamenwerking vanuit strategisch en diplomatiek oogpunt bekeken uiterst onverstandig te noemen.
Ten eerste, naast de Russische invasie van Oekraïne, zijn er ook bloedige conflicten in landen als Jemen, Syrië, Libië, Ethiopië, Soedan en Myanmar. Hoewel het bereiken van structurele oplossingen veelal complex is, is ontwikkelingssamenwerking een onmisbare schakel in het aanpakken van deze problematiek. Het versterken van onze banden in het Globale Zuiden komt de regionale veiligheid en stabiliteit ten goede. Immers de gaten die wij laten vallen worden veelal opgevuld door China of Rusland.
Ten tweede, komen door de bezuinigingen – onder andere op strategische partnerschappen – waardevolle samenwerkingen en netwerken die in de achterliggende jaren zijn opgebouwd onder druk te staan. Via het budget voor ontwikkelingssamenwerking worden namelijk veel lokale maatschappelijke organisaties ondersteund die in de haarvaten van hun samenleving als zachte, vaak ongeziene, krachten bijdragen aan het bevorderen van vrede, veiligheid, stabiliteit en duurzame ontwikkeling. Dit is geen overbodige luxe, maar een strategische prioriteit en noodzaak in de turbulente tijden waar we in leven.
Ten derde, defensie, diplomatie en ontwikkelingssamenwerking zijn met elkaar vervlochten. De zwakte van de één beïnvloedt de anderen. Zoals er geen ontwikkeling mogelijk is zonder stabiliteit en veiligheid, zo is het andersom precies hetzelfde: geen veiligheid en stabiliteit zonder inzet op duurzame ontwikkeling. Het zijn communicerende vaten, die niet onderling uitwisselbaar zijn in de trant van ‘we investeren in defensie, dus onze inzet via ontwikkelingssamenwerking of via diplomatieke betrekkingen kan wel een tandje minder.’
Lotsverbondenheid
Maar naast het strategische belang van ontwikkelingssamenwerking is juist in deze tijd van toenemend individualisme en de neiging om je als land terug te trekken achter eigen dijken een morele keuze die voortkomt uit globalisering van solidariteit, zoals Paus Franciscus dat treffend verwoordde, en het besef van lotsverbondenheid.
Doen wat goed is, niet om er direct zelf winst uit te halen, maar om vanuit bewogenheid je verantwoordelijkheid te nemen voor mensen die die dagelijks te kampen hebben met de gevolgen van armoede, ongelijkheid, oorlog, rampen en conflict. Voor mensen die we tot onze naasten hebben gemaakt door bijvoorbeeld door hen gemaakte producten of consumptiegoederen te gebruiken, zonder dat eigenlijk te voelen.
Als dit kabinet oprecht beleid wil uitvaardigen dat ‘sterk, slim en samen’ is, dan houdt ze de ongekende bezuinigingen op ontwikkelingssamenwerking tegen het licht, herstelt ze de koppeling tussen ODA (het budget voor internationale armoedebestrijding) en het BNI (Bruto Nationaal Inkomen) en wordt het belang van ontwikkelingssamenwerking weer op waarde geschat – ook financieel.
Dit is geen onmogelijke opgave. Het Centraal Planbureau ‘trakteerde’ het Kabinet recent immers op een begrotingsmeevaller van ruim 8 miljard euro. Het aanwenden van een deel van deze meevaller om de bezuinigingen op ongedaan te maken is zowel barmhartig als ook in het strategisch belang van Nederland.
Gelukkig hoeven we persoonlijk niet op het kabinet te wachten om ‘bewogen, sterk, slim en samen’ op te trekken. Als bedrijf, school, kerk, sportclub en individuele burger kun je in geef- en leefgedrag iets van de bewogenheid en verantwoordelijkheid laten zien die bij dit kabinet nog ontbreekt.
Trineke Palm is directeur van het Wetenschappelijk Instituut van de ChristenUnie
Charlotte Ariese is plaatsvervangend directeur bij PRISMA